FAQ

Vind uw antwoord in onze FAQ.

Algemeen

A-merk producenten in de “Solar Industry” worden aangeduid als “Tier 1” bedrijven. Om te voldoen aan de Tier 1 status moeten bedrijven voldoen aan de volgende kenmerken:

  1. Zijn beursgenoteerd in de VS ( New York or Nasdaq);
  2. Zijn volledig gecertificeerd door onafhankelijk internationaal erkend certificeringsbedrijf;
  3. De producten hebben een minimale garantietermijn van:
    • garantie op constructiefouten van minimaal 5 jaar;
    • opbrengstgarantie van minimaal 90% of meer gedurende 10 jaar;
    • opbrengstgarantie van minimaal 80% of meer gedurende 25 jaar.
  4. Hebben een bewezen “track-record” in de zonne-energie industrie;
  5. Zijn een internationaal erkend merk (Internationally recognized brands);
  6. Hebben een internationale aanwezigheid (verkoop vertegenwoordiging / depots);
  7. Hebben een sterke technische langetermijnvisie;
  8. Financieel gezond & erkend door de belangrijkste internationale banken als “bankable”.

PV-installatie

Een PV-installatie is een installatie die bestaat uit zonnepanelen, omvormers, bekabeling, etc. PV staat voor photovoltaic (ook wel fotovoltaïsch). Een fotovoltaïsche installatie zet zonne-energie om in elektriciteit. Een andere naam voor PV-installatie is daarom ook wel een zonnestroomsysteem, zonne-instalatie of een zonnepanelen installatie.

Voor het omrekenen van de WP opbrengst naar kWh opbrengst wordt gebruik gemaakt van een omrekeningsfactor. In de markt wordt veelvuldig gerekend met de factor 0,9 (dak op het Zuiden zonder schaduw). Een zonnepaneel van 290 Wp levert per jaar ongeveer 260 kWh op. Per m2 levert dit ongeveer 158 kWh per jaar op.

Het vermogen van een zonnepaneel wordt uitgedrukt in Wattpiek (Wp). Het piekvermogen van zonnepanelen varieert van 350 Wp – 400 Wp per jaar. Er zijn inmiddels zonnepanelen verkrijgbaar met een gemiddeld piekvermogen van 500 Wp per jaar.

Hoeveel kWh per Wp is afhankelijk van het aantal zonuren. In Nederland moet je de hoeveelheid Wattpiek met 0.85 vermenigvuldigen om het aantal kWh wat een paneel opwekt te achterhalen. Standaard zonnepanelen hebben een vermogen van rond de 370Wp. Een gemiddeld zonnepaneel wekt dus zo’n 315kWh per jaar op.

Het vermogen van een zonnepaneel wordt uitgedrukt in het “Watt piekvermogen” van het paneel. Doordat de hoeveelheid zonlicht steeds wijzigt is de productie van electriciteit met een zonnepaneel niet gelijkmatg. Bij zonnepanelen staat daarom het maximale vermogen (Wattpiek) van het zonnepaneel aangegeven. Het maximale vermogen van een zonnepaneel wordt vastgesteld in een testomgeving.

Bij het berekenen van de werkelijke opbrengst wordt rekening gehouden met een aantal factoren. Zoals ligging van het dak, mogelijke schaduw inval etc.

Jaarlijk neemt het vermogen van een zonnepaneel af. Dit is een heel normaal verschijnsel. Door Tier 1 fabrikanten wordt een minimale vermogensgarantie afgegegeven van 90% na 10 jaar en een minimale vermogensgarantie van 80% na 25 jaar.

Een zonnepaneel geeft gelijkstroom (DC) af. Deze stroom wordt door een omvormer omgezet naar wisselstroom (AC).

Zonnepanelen kunnen op schuine en platte daken worden geïnstalleerd, zolang de dakconstructie sterk genoeg is om de zonnepanelen te kunnen dragen. De draagkracht van het dak dient te worden onderzocht en in combinatie met het beoogde zonnestroomsysteem te worden beoordeeld door een constructeur. Er zijn uitzonderingen: je kunt geen zonnepanelen plaatsen als je dak asbest bevat of een plat dak is waarbij zachte isolatie is gebruikt als dakbedekking. Verzekeraars stellen hier ook eisen aan.

Daarnaast is het ook van belang dat er voldoende direct zonlicht op het dak komt. Als het dak in de herfst of lente voor meer dan 18 uur in schaduw is gehuld dan is het waarschijnlijk niet rendabel om zonnepanelen te plaatsen. Om deze reden is ook de oriëntatie van het dak van belang. Om rendabel te zijn moet het dak een oriëntatie hebben tussen het zuidwesten en het zuidoosten.

Slechts een gedeelte van het zonlicht wordt door de wolken tegen gehouden. Als de zon niet schijnt wekken de zonnepanelen dus ook energie op. Weliswaar iets minder dan op een zonnige dag. Zonnepanelen kunnen door het “maanlicht” zelfs ’s nachts een heel klein beetje elektriciteit opwekken.

 SDE+ subsidie

De SDE+ subsidie vergoedt jaarlijks het verschil in kostprijs tussen grijze energie en duurzame energie over een periode van 15 jaar. De hoogte van de subsidie is o.a. afhankelijk van de hoeveelheid duurzame energie die jaarlijks geproduceerd word.

Fotovoltaïsche zonnepanelen (Zon-PV) met een vermogen vanaf 15 kWp en een grootverbuikersaansluiting komen in aanmerking voor de SDE+ subsidie. Een grootverbruikersaansluiting is een aansluiting van meer dan 3*80A op het elektriciteitsnet.

De maximale looptijd van de SDE+ subsidie bedraagt 15 jaar. Het is wel zo dat eventueel niet “opgebruikte” SDE+ subsidie in jaar 16 nog gebruikt kan worden.

De maximale vergoeding per kWh is afhankelijk van de hoogte per kWh van het toegekende basisbedrag en het door de overheid vastgestelde correctiebedrag. Stel dat het toegekende basisbedrag 11 eurocent (Fase 2, maart 2018) per kWh bedraagt en het (voorlopige) correctiebedrag is vastgesteld op 6,3 eurocent voor niet-netlevering en op 3,8 eurocent voor netlevering.

Dan bedraagt het maximale subsidiebedrag per kWh voor niet-netlevering:

  • Het basisbedrag per kWh bedraagt € 0,11 ( 11 eurocent)
  • Het vastgestelde correctiebedrag per kWh bedraagt € 0,063 ( 6,3 eurocent)
  • Het maximale subsidiebedrag per kWh bedraagt dan € 0,047 ( 4,7 eurocent)

Het maximale subsidiebedrag per kWh voor netlevering bedraagt:

  • Het basisbedrag per kWh bedraagt € 0,11 ( 11 eurocent)
  • Het vastgestelde correctiebedrag per kWh bedraagt € 0,038 ( 3,8 eurocent)
  • Het maximale subsidiebedrag per kWh bedraagt dan € 0,072 ( 7,2 eurocent)

Het basisbedrag per kWh is de gehele looptijd van de beschikking de basis waarop de vergoeding per kWh wordt gebaseerd. Aan de vergoeding is een maximum gebonden.

De kostprijs voor de productie van hernieuwbare energie is vastgelegd in het basisbedrag voor de respectievelijke technologie (bv. Zon-PV). Het basisbedrag wordt per categorie per SDE+ ronde door het Ministerie van Economische Zaken vastgesteld. Dit basisbedrag geldt vervolgens voor de gehele subsidieperiode.

De opbrengst voor de productie van (grijze) energie is vastgelegd in het correctiebedrag. Bij de bepaling van het correctiebedrag wordt uitgegaan van gemiddelde energieprijzen per categorie, zoals die gedurende het productiejaar werkelijk zijn opgetreden. Door het Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) worden jaarlijks deze energieprijzen berekend. Dat gebeurt op basis van de gemiddelde prijzen op bijvoorbeeld de APX-energiebeurs.

De basisenergieprijs is de ondergrens voor het correctiebedrag. Als het correctiebedrag gelijk is aan de basisenergieprijs is de maximale subsidie bereikt. Het Ministerie van Economische Zaken stelt de basisenergieprijs per SDE+ ronde vast op basis van berekeningen van het Energieonderzoek Centrum Nederland. De basisenergieprijs geldt vervolgens de gehele subsidieperiode.

 CO2

Broeikasgassen spelen een belangrijke rol bij de opwarming van de aarde. Het gebruik van zonnepanelen levert een aanzienlijke vermindering op van CO2-uitstoot.

Voorbeeld: Een PV-installatie met 100 zonnenpanelen leidt tot een CO2-uitstoot vermindering van ongeveer 13.676 kg/p.jr.

(100 zonnepanelen van 290 Wp leveren ongeveer 29.000 Wp/p.jr op. Dit betekent een opbrengst van ongeveer 26.000 kWh/p.jr. => 1.000 kWh/p.jr. zonnestroom staat gelijk aan ongeveer 526 kg/p.jr. CO2-uitstoot vermindering).

Een gemiddeld Nederlands gezin verbruikt in huis ongeveer 4.000 kWh elektriciteit (grijze stroom) per jaar. Dit komt overeen met een CO2-uitstoot van ongeveer 2.104 kg/p.jr.

Bomen zijn zeer geschikt om CO2-uitstoot te compenseren. Een gemiddelde boom kan in een jaar ongeveer 20 kg CO2-uitstoot opnemen (compenseren) in zijn biomassa. Bomen nemen de CO2 op uit de lucht en zetten dit om in zuurstof.

Een gemiddeld Nederlands gezin verbruikt ongeveer 4.000 kWh elektriciteit (grijze stroom) in huis per jaar. Dit komt overeen met een CO2-uitstoot van ongeveer 2.104 kg/p.jr. Om de CO2-uitstoot van deze 4.000 kWh. (grijze elktriciteit) te compenseren zijn ruim 105 bomen nodig. Bomen zijn zeer geschikt om CO2-uitstoot te compenseren. Een gemiddelde boom kan in een jaar ongeveer 20 kg CO2-uitstoot op nemen (compenseren) in zijn biomassa. Bomen nemen de CO2 op uit de lucht en zetten dit om in zuurstof.

Een gemiddelde benzine personenauto die per jaar 15.000 kilometer rijdt heeft een CO2-uitstoot van ca. 3.360 kg per jaar.

Een gemiddelde diesel personenauto die per jaar 15.000 kilometer rijdt heeft een CO2-uitstoot van ca. 3.195 kg per jaar.